Praktijkonderzoek
Taalonderzoek in de praktijk: Inger van Gennep en Stiene Prinsen
Uit het praktijkonderzoek van Van Gennep bleek dat ondanks het belang van de beheersing van algemene en meer specifieke (school)taal bij rekenen-wiskunde, leraren onvoldoende aandacht hadden voor zowel begrip van die taal, als voor het zelf gebruiken van die taal door de leerlingen.
Uit het praktijkonderzoek van Prinsen naar welke types mondelinge feedback leraren gebruiken, uitgevoerd in twee klassen uit het zesde leerjaar basisonderwijs in Vlaanderen, blijkt dat leraren nauwelijks laten merken van het belang hiervan op de hoogte te zijn. De
meest effectieve vorm, reflectieve feedback, wordt weinig gebruikt en wanneer de leraren
van deze vorm gebruik maken, zijn de vragen die ze stellen vaak te gesloten.